Gebruiksaanwijzing WHIRLPOOL GSIP 61203 DI A IN PRODUCTKAART

[. . . ] overeenstemming met de Europese Norm EN 50242. De 5) Deze programma’s kunnen worden gebruikt met de extra gegevens kunnen verschillen al naar gelang, bijvoorbeeld, de functie bacteriedodende spoeling. grootte van de belading, verschillende extra functies, een 6) Energiezuinig programma met verlengde droogcyclus. andere temperatuur - hoger of lager dan 15°C - of hardheid van het water en de voedingsspanning, etc. [. . . ] Druk ongeveer 7 seconden op de toets Start totdat de weergave verandert. Selecteer het gewenste afwasmiddel met de toets Start (OFF = afwaspoeder, 2 in 1, 3 in 1, 4 in 1) (kan op het display worden weergegeven). Het geselecteerde afwasmiddel wordt na de inschakeling ongeveer 3 seconden op het display weergegeven. Zie de programmatabel voor de dosering van het afwaspoeder in het vak A en B. Elektrisch controlelampje op het bedieningspaneel (indien aanwezig). Alleen als er een onthardingssysteem aanwezig is. Elektrisch controlelampje op het bedieningspaneel (indien aanwezig). Zie de instructies voor het laden van de vaatwasmachine. Afwasmiddel selecteren, in het geheugen opslaan en toevoegen Controleer het spoelglansmiddel Controleer het regenereerzout Vul de korven Sluit de deur en draai de waterkraan open Selecteer het programma Selecteer de extra functies Het laatst geselecteerde programma gaat branden. Stel het gewenste programma in (met de toets of de knop). Het bijbehorende controlelampje gaat branden. Het bijbehorende controlelampje gaat branden. • Doseer het afwasmiddel op basis van de aanwijzingen van de fabrikant. • Selecteer een afwasprogramma met een hogere intensiteit. • De sproeiarmen moeten ongehinderd kunnen draaien. • Verwijder de onzuiverheden die de waterstroom belemmeren *. • Gebruik een merkproduct van goede kwaliteit. • Controleer de filters regelmatig/reinig ze eventueel*. • Breng het filter op de juiste wijze aan en bevestig het *. • Gebruik, afhankelijk van het materiaal, zo nodig een afwasmiddel met een sterker bleekmiddel. Als de vaat niet helemaal droog is • Onvoldoende spoelglansmiddel. • Er blijft water in de holtes achter. Als de vaat niet perfect • De waterstraal bereikt het vaatwerk niet goed. schoon is • Onvoldoende afwasmiddel. • Er is een verkeerd programma ingesteld. [. . . ] • Ongeschikt/oud afwasmiddel. Zanderige en korrelige • De filters zijn verstopt. resten • De filters zijn niet juist aangebracht. De plastic delen verkleuren Aanslag op het vaatwerk • afneembaar • Tomaten-/wortelsap, . . . • Strepen op vaatwerk/glazen. • Zoutlaag op het vaatwerk/glazen. • Verhoog de dosis spoelglansmiddel *. • Verlaag de dosis spoelglansmiddel *. [. . . ]