Gebruiksaanwijzing ROLAND VGA-7

[. . . ] Handleiding Bedankt voor en gefeliciteerd met uw aankoop van een VGA-7 V-Guitar Amplifier van Roland. Lees eerst de volgende hoofdstukken: "Belangrijke voorzorgsmaatregelen" (blz. 2) "Veilig gebruik van dit apparaat" (blz. 3) "Belangrijke opmerkingen" (blz. [. . . ] Voor 12 STRING, OPEN TYPE en NASHVILLE zijn er ook verschillende variaties. 4 NYLON STR Gitaar met nylonsnaren. 5 BANJO 6 UKULELE SPECIAL: 1 BOWED 2 PIPE 3 ORGAN 4 BRASS 5 SOLO 6 SYNTH 1 7 SYNTH 2 Een strijkinstrument dat met een boog wordt bespeeld. Een blaasinstrument met een warm geluid. Lang aangehouden geluid met een duidelijk orgelkarakter. Synthesizergeluid met een open- en dichtgaand filter ("Sweep"). Synthesizergeluid met modulatie. Op S. 23 komt u te weten hoe je een variatie kiest. NORMAL: Vertegenwoordigt de normale stemming van een gitaar. In dit geval luidt de toonhoogte van de snaren (te beginnen bij de 6e snaar): E/A/D/G/B/E. 12 STRING: Hiermee simuleert u het geluid van een 12-snaren-gitaar. 1 REGULAR De snaren 6~3 worden voorzien van een kopie die een octaaf hoger gestemd staat, terwijl de snaren 2 en 1 met een kopie van hetzelfde octaaf worden voorzien (net zoals bij een "echte" 12-snaren-gitaar). 2 OCTAVE 3 DETUNE Alle snaren (6~1) worden voorzien van een geoctaveerde kopie. Alle snaren (6~1) worden voorzien van een licht ontstemde kopie die hetzelfde octaaf heeft. 8 FILTER BASS Een geluid dat aan een basgitaar doet denken die met een filter wordt bewerkt. Als u ACOUSTIC of SPECIAL kiest, zet u AMP TYPE (blz. 28) in de COSM Amp-sectie het best op "FULL RANGE" om een optimaal geluid te bekomen. 3 PICKUP-knop Voor bepaalde gitaar- en variatietypes kunt u zelfs het virtuele element of de microfoon kiezen. * Als u voor COSM Guitar "TYPE" de instelling "SPECIAL" kiest, wordt de Pickup-instelling niet gebruikt. Het achterste element wordt gebruikt. OPEN TYPE: Ziehier een stemmingsmethode die voor de Blues (en dan met name voor Bottleneck-partijen) van kapitaal belang is. 1 OPEN D 2 OPEN G De toonhoogte van de snaren (te beginnen bij de 6e snaar) luidt D, A, D, F#, A, D. De toonhoogte van de snaren (te beginnen bij de 6e snaar) luidt D, G, D, G, B, D. PIEZO (Type: Het geluid berust op een piëzo-element. ACOUSTIC) MIC (type: Gebruik van een denkbeeldige microfoon die ACOUSTIC): vóór de al even denkbeeldige gitaar staat opgesteld. * Als u voor "TYPE" ST, LP, TEL of HOLLOW hebt gekozen, kunt u bovendien twee elementen met elkaar combineren: F+C: F+R: C+R: Voor "ST" Voor "LP", "TEL" en "HOLLOW" Voor "ST" 3 DROPPED D Enkel de 6e snaar wordt een hele toon lager gestemd. De toonhoogte van de snaren luidt dan ook D, A, D, G, B, E. NASHVILLE: 1 TYPE 1 De snaren 6~3 worden een octaaf hoger gestemd, terwijl de toonhoogte van de snaren 2 en 1 niet verandert. De snaren 6~4 worden een octaaf hoger gestemd, terwijl de toonhoogte van de snaren 3~1 normaal is. 2 TYPE 2 26 Bedieningsorganen USER: Hiermee kunt u uw eigen stemming programmeren, als u onder de voorgeprogrammeerde stemmingen niet uw gading vindt. U kunt de toonhoogte van de snaren E/A/D/G/B/E maximaal één octaaf hoger of lager transponeren. * Vergeet niet deze instelling op te slaan als u ze later nog eens nodig hebt (blz. 24). 5 CAPO-knop Hiermee simuleert u een Capodaster die u op de gewenste fret kunt plaatsen. [. . . ] 31 S S1/S2 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 19 SCALE . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 16 SENS . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 17, 31 SLOW GEAR . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . [. . . ]