Gebruiksaanwijzing LIEBHERR KUW 1544

[. . . ] Gebruiksaanwijzing en inbouwhandleiding voor onderbouw-koelkast met decorlijsten NL 7081 312-04 KU 2305 Het apparaat in vogelvlucht Stand van temperatuurregelaar Afb. A1 1 In/Uitschakeling en temperatuurregelaar 0 = apparaat uitgeschakeld 1 = warm 7 = koud Wij adviseren de middelste stand. Indelingsvoorbeeld voor levensmiddelen, afb. A: 1 2 3 4 5 6 7 8 Boter, smeerbare kaas Eieren Flessen en conservenblikken In het vriesvak*: diepvriesproducten, ijs, ijsblokjes Conservenblikken Zuivelproducten, bakproducten Koudste zone: vlees, vis, worst, kant-en-klare gerechten Groente, sla, fruit Overzicht van apparaat en uitrusting Boter- en kaasvak Verschuifbaar flessen- en conservenhouder* Vriesvak* voor diepvriesproducten Binnenverlichting, In/Uitschakeling en temperatuurregelaar In hoogte verstelbaar conservenblikkenvak* Deelbaar draagplateau* of deel- en onderschuifbare glasplaat Dooiwaterafvoer Koudste zone van de koelruimte, voor gevoelige en snel bederfelijke levensmiddelen Fruit-/groenteladen Opbergvak voor hoge flessen en drank Stelvoeten Typeplaatje 26 * afhankelijk van model en uitvoering KU Wij feliciteren u met uw nieuwe apparaat. Door uw aankoop heeft u gekozen voor alle voordelen van de modernste koeltechniek die u een hoogwaardige kwaliteit, een lange levensduur en een optimale bedrijfszekerheid garandeert. [. . . ] Schakel het apparaat met het vriesvak ongeveer 2 uur voordat u de eerste levensmiddelen erin plaatst in. Interieur Indeling aanpassen W Het conservenblikkenvak* kunt u verplaatsen en alle opbergvakken zijn voor het reinigen uitneembaar, afb. C1/2: schuif het opbergvak omhoog en neem het er naar voren uit. Door het verschuiven van de flessen- en conservenhouder kunt u flessen beveiligen tegen omvallen bij het openen en sluiten van de deur. C1 neem de houder altijd bij het fixeerdeeltje van kunststof. Voor het reinigen kan de houder worden weggenomen: Bij een uitvoering als in afb. C1: de onderste rand van de houder naar voren trekken en losmaken; als in afb. C2: de voorste rand van de houder omhoog schuiven en losmaken. Apparaat in- en uitschakelen, temperatuur instellen W Draai de temperatuurregelaar 1 rechtsom van "0" op "4". W - De binnenverlichting brandt, de koeling begint, het apparaat is ingeschakeld. W In de stand "0" is het apparaat uitgeschakeld; de binnenverlichting is uit. W De standen van de pijl betekenen: Stand "1" = kleinste koelcapaciteit, hoogste temperatuur Stand "7" = grootste koelcapaciteit, laagste temperatuur W Wij adviseren de middelste stand. Bij apparaten met een vriesvak geldt: W Worden diepvriesproducten bewaard en moeten de lage vaktemperaturen gewaarborgd zijn, dan verdient een instelling tussen "4" en "7" de aanbeveling. rekening mee dat de temperaturen in de koelruimte beïnvloed worden door het aantal malen dat de apparaatdeur geopend wordt, de inhoud van het apparaat en de temperatuur van de plaats waar het apparaat staat. Afhankelijk van de gewenste temperatuur moet de regelaar worden bijgesteld. - NL Koelen Door de natuurlijke luchtcirculatie ontstaan verschillende temperatuurzones, die voor het bewaren van de verschillende levensmiddelen gunstig zijn. - Direct boven de groenteladen en tegen de achterwand is het het koudste - gunstig voor bijv. - In het bovenste voorste bereik en in de deur is het het warmste - gunstig voor bijv. Opmerking: De luchttemperatuur in het vak, gemeten met een thermometer of andere meetapparatuur, kan schommelen. Dit heeft echter bij een gevuld vak weinig invloed op de ingevroren levensmiddelen. De kerntemperatuur van de ingevroren levensmiddelen bedraagt hierbij dan het gemiddelde van deze schommelingen. Ontdooien Koelkast met automatische ontdooiing Koelkasten met de verdamper aan de achterwand van de koelruimte (rugwandverdamper) ontdooien automatisch. De automatische ontdooiinrichting houdt de verdamper steeds ijsvrij. Het dooiwater wordt in het verdampingsbakje achter op de compressor opgevangen en automatisch verdampt. Let erop dat het dooiwater vrij door de afvoeropening in de achterwand van het koeldeel, boyen de groenteladen weg kan lopen. De afvoeropening eventueel doorprikken (afb. A). Invriezen van verse levensmiddelen Verse levensmiddelen moeten zo snel mogelijk door en door ingevroren worden. [. . . ] · Deur naar beneden tillen en wegnemen. · Scharnierpen (2) scharnier (1) draaien en in het ernaast liggende tapgat schroeven. · Scharnierpen (3) losschroeven en in het tapgat links boyen monteren. Afdekplaat (5) verwijderen en hiermede de tapgaten rechts afdekken. [. . . ]