Gebruiksaanwijzing KONICA MINOLTA BIZHUB PRO 1050P

[. . . ] 1050p Handleiding x Inhoud Inhoud 1 Veiligheidsinformatie 1. 1 1. 1. 1 1. 1. 2 1. 2 1. 2. 1 1. 2. 2 1. 2. 3 1. 2. 4 1. 2. 5 1. 3 1. 4 Veiligheidsinformatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3 Waarschuwings- en aanwijzingssymbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3 Betekenis van de symbolen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1-3 Informatie over wetgeving en reglementeringen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . [. . . ] - Afdelingsauthenticatie: Geef het wachtwoord voor de afdeling op. - Afdelingsnaam invoeren: Geef de naam van de afdeling op. (Afdelingsnaam invoeren kan niet worden geselecteerd als de Afdelingsauthenticatie is uitgeschakeld. ) - Gebr. /Afd. verbinden: Als de gebruikersauthenticatie en afdelingsauthenticatie zijn ingesteld op Aan en Gebr. /Afd. verbinden is ingesteld op Aan, moet de Afdelingsauthenticatie niet worden ingevoerd. - Wachtwoord invoer timing: Stel de timing in voor het invoeren van het wachtwoord. - Afdeling distributienummer: Geef het aantal afdelingen op. Het totale aantal voor de authenticatiedistributie bedraagt 1, 000 voor een gebruiker en voor een afdeling. Het resterende aantal waarvan het aantal afdelingen wordt afgetrokken van 1, 000 zal worden verdeeld als gebruikersauthenticatie. ! Details Het is aanbevolen de authenticatie zowel voor de gebruiker als voor de afdeling te verdelen. Als de authenticatie slechts aan één partij is verdeeld, kan er aan geen van beide een authenticatie worden toegewezen. 13-28 bizhub PRO 1050P Machinebeheerder instelling 13 bizhub PRO 1050P 13-29 13 Machinebeheerder instelling Procedure 1 2 3 4 5 6 7 Druk op [03 Gebr. registr. ] - [01 Authenticatie methode] [01 Authenticatie instelling]. Selecteer [Aan] of [Uit] rechts van [Gebruikersauthenticatie], [Afdelingsauthenticatie], [Afdelingsnaam invoeren] en [Gebr. /Afd. Selecteer [Bij auto reset] of [Bij opdr. volt. ] rechts van [Wachtwoord invoer timing]. Druk op [Afdeling distributienummer] om de cijfertoetsen van het tiptoetsscherm weer te geven. Geef het nummer op dat moet worden gedistribueerd met de cijfertoetsen of de pijltoetsen (, ) en (+). Druk op [OK] om de instelling te voltooien en terug te keren naar het scherm Authenticatie methode instellingenmenu. Druk op [Teruggaan] om het scherm Machinebeheerders-instellingen menu. 13-30 bizhub PRO 1050P Machinebeheerder instelling 02 Afdelingsbeheerder instelling 13 Gebruik deze functie om de printeropdrachten die door de afdeling worden beheerd, te gebruiken en selecteer de machinestatus waarin de machine stopt wanneer de afdruklimiet is bereikt. ! Details Als [Kopie/Printer] is ingesteld op UIT wanneer de afdelingsauthenticatie op het scherm Authenticatie methode instelling is ingesteld op Aan, is er geen afdelingswachtwoord vereist om de authenticatie te openen. Wanneer [Direct] of [Limiet bereik stop instel. ] is geselecteerd, wordt de opdracht onmiddellijk gestopt zodra de afdruklimiet bereikt is. In dit geval worden de uitvoergegevens niet behouden. Om door te gaan met de opdracht met hetzelfde afdelingswachtwoord, wijzigt u het aantal van de afdruklimiet dat is ingesteld voor het afdelingswachtwoord of voert u een reset van de teller uit. Als u [Na printen] hebt geselecteerd, stopt de machine nadat de opdracht is voltooid en de afdruklimiet is bereikt. Het bericht "Printlimiet is bereikt" wordt weergegeven en de werking van de machine wordt gestopt. [. . . ] 2-8 Standaardformaat . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8-19 bizhub PRO 1050P 19-41 19 Toetsresponse tijd . . . . . . . . . . . . . . . 12-11 Toner bijvullen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4-9 Tonermelding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5-4 Totaalteller . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . [. . . ]