Gebruiksaanwijzing VDO SUMLOG

[. . . ] Let speciaal op alle tekstpassages die met dit symbool zijn voorzien. Het zijn opmerkingen die voor het gebruik van dit instrument en voor uw veiligheid van bijzonder belang zijn. Goed zeemanschap is absoluut noodzakelijk. Het gebruik van het log ontslaat u niet van de verantwoordelijkheid over uw schip. [. . . ] Er kunnen maximaal nog twee extra aanwijsinstrumenten worden aangesloten. 7 OLsum_nl. qxd 10. 11. 99 10:12 Seite 8 HET VDO LOG De onderdelen van de installatie Bij de levering zijn inbegrepen : Aanwijsinstrument Moer ter bevestiging van het aanwijsinstrument Loggever met schoepenrad en aaansluitkabel, 1mVerbindingskabel loggever-aanwijsinstrument , 10 m Bodemhuls voor loggever met afdichtringen en bevestigingsmoerAfsluiter voor loggever Afsluitwartel voor loggever met borglijn Montage en bedieningshandleiding Accessoires (niet bij de levering inbegrepen): Onderdelenset (bouten en moeren) Onderdelenset verlichting (24 V 1, 2 W) 2e aanwijsinstrument log 0 - 12 2e aanwijsinstrument log 0 - 30 2e aanwijsinstrument log 0 - 50 2e aanwijsinstrument log 0 - 50 (kn/mph) N05 800 792 N05 800 550 N01 110 902 N01 110 908 N01 110 920 N01 110 914 Onderdelen: Schoepenrad met aansluiting (12 kn, km/h, mph) Schoepenrad met aansluiting (30 en 50 kn, km/h, mph) O-ring voor loggever / blindwartel (1x) Onderdelenset verlichting (12V / 1, 2W) 270. 023/005/003 270. 023/005/005 N05 800 374 N05 800 552 Andere onderdelen op aanvraag verkrijgbaar. 8 OLsum_nl. qxd 10. 11. 99 10:12 Seite 9 DE FUNCTIES VAN HET VD0 LOG De functies van het VDO log Na het inschakelen van de voeding wordt : de bootsnelheid op de analoge schaal aangewezen de, naar keuze, afgelegde totaalafstand op het display aangewe zen of de dag-/tripafstand aangewezen De keuze van de afstanduitlezing geschiedt via de druktoets Voorbeeld : Aanwijzing van de totaalafstand (hier 2312, 3) 23i2. 3 of de dag-/tripafstand (hier 12, 96) De eenheden van de snelheid en de afstand zijn afhankelijk van de ingestelde kalibratiefactor (zie onder) De totaalafstand wordt van 0, 0 tot 99999, 9 en de dag-/tripafstand wordt van 0, 00 tot 999, 99 aangegeven. De terugstelling van de dag-/trip teller gebeurt door de druktoets gedurende 5 seconden vast te houden. De kalibratie van het VDO log Om een zo nauwkeurig mogelijke snelheid en afstandsmeting te krijgen moet het VDO log na installatie gekalibreerd worden. Markeer op de zeekaart twee markante punten. De afstand tussen deze twee punten geldt als meetwaarde (zie pag, 10). Gedurende de vaart tussen deze twee punten meet het log de afgelegde afstand. Bij stromend water is het noodzakelijk deze meetafstand in beide richtingen te varen om de stromingsinvloed op de meetwaarde te kompenseren. Voor de aanwijsinstrument met eenvoudige schaal (zonder indicatie van de meeteenheid) moet u van tevoren de keuze maken voor de eenheid (knots, mph of km/h) die bij uw vaargebied past. 9 OLsum_nl. qxd 10. 11. 99 10:12 Seite 10 KALIBRATIE Let er op dat het eenvoudig omschakelen naar een andere eenheid na een uitgevoerde kalibratie niet zonder meer mogelijk is. Hiervoor moet de kalibratie opnieuw worden uitgevoerd. Voor de aanwijzing met de dubbelschaal (50 Kn/mph) geldt : als eenheid voor de afstand moet u zeemijlen kiezen. Meetafstand Probeer de meetafstand met zo constant mogelijke snelheid te varen. Overtuig u dat voor het begin de kalibratiefactor op C=1, 00 (uitleveringsstand) staat en dat de dag-/tripteller op 0 wordt teruggezet. nm ) 0m 2, , 7 k (3 Het volgende voorbeeld is gebaseerd op stilstaand water en een meettraject van 2, 00zeemijlen (nm). Wanneer startpunt A precies dwars ligt, stel de dag-/tripteller dan op 0 (zie pag. 9). Vaar de meetafstand in rechte lijn en noteer de aangewezen waarde (hier 1, 74 nm), indien punt B precies dwars ligt. Bereken de kalibratiefactor C volgens de volgende formule: Echte afgelegde (kaart) afstand (A-B) 2, 00 nm C= ------------------------------------------------------------ = --------------- = 1, 15 Display-aanwijzing (A-B) 1, 74 nm Voer nu de de kalibratiefactor (hier 1, 15) als volgt in: Hou de druktoets ingedrukt terwijl u de voeding van het instrument inschakelt. In het display verschijnt nu ''CAL''. De op dat moment ingestelde kalibratiefactor verschijnt (hier uitleveringsfactor 1, 00) CAL c 10 1. 00 OLsum_nl. qxd 10. 11. 99 10:12 Seite 11 KALIBRATIE Druk zovaak op de toets totdat de berekende kalibratiefactor is ingesteld. Per keer drukken verhoogd de waarde zich met 0, 01. Als u de toets ingedrukt houdt verhoogt de waarde zich automatisch. Het instelbereik van de kalibratiefactor loopt van 0, 50 tot 2, 50. Na het bereiken van de 2, 50 springt de teller weer op 0, 50. c 1. 15 Als de toets gedurende 5 seconden niet wordt ingedrukt wordt de ingestelde waarde opgeslagen en de display- aanwijzing wisselt automatisch naar totaalafstand. Indien de aanwijzing van de snelheid in km/h en de afgelegde afstand in km moet zijn, wordt de kalibratiefactor als volgt berekend : Echte afgelegde (kaart) afstand (A-B) 3, 70 km C= ------------------------------------------------------------ = --------------- = 2, 12 Display-aanwijzing (A-B) 1, 74 km De kalibratiefactor geldt ook voor de snelheidsaanwijzing. Als de meetafstand in stromend water wordt gevaren dan moeten de beschreven stappen ook in tegengestelde richting (meetafstand C-D) herhaald worden. De installatie van het aanwijsinstrument Maak op een passende plaats een gat van 86 mm doorsnede. Reinig de ondergrond voor het plaatsen van het aanwijsinstrument en verwijder alle spanen. [. . . ] Til voorzichtig de as van het schoepenrad naar boven uit de gever. Plaats de nieuwe as in het nieuwe schoepenrad en monteer beiden weer met behulp van de schroevendraaier in de gever. Let er bij de montage van het schoepenrad op dat de schoepen de goede richting uitwijzen. De naar binnengerichte aanstroomvlakken (A) moeten in de richting van de spits van de geverbeugel (S) wijzen. [. . . ]