Gebruiksaanwijzing RENAULT ESPACE 4 2012

JeHandleiding biedt een gemeenschapsdienst van aandeel, archivering on line en van opzoeking van documentatie betreffende het gebruik van materialen of software : handleiding, gebruiksaanwijzing, installatiegids, technisch handboek… VERGEET NIET: ALTIJD DE HANDLEIDING LEZEN ALVORENS TE KOPEN!
Welk reserveonderdeel zoekt u?

Indien de inhoud van dit document met de handleiding overeenstemt, met de gebruiksaanwijzing, met de instructielijst, de installatielijst, of gebruikerslijst, met de handboek, met de montageschema of met de gids die u zoekt, aarzel niet die te teleladen. JeHandleiding laat u toe gemakkelijk toegang te hebben tot de informaties over de gebruiksaanwijzing RENAULT ESPACE 4 2012. Wij hopen dat dit RENAULT ESPACE 4 2012 handleiding nut zal zijn voor jou.

JeHandleiding laat toe de gebruiksaanwijzing RENAULT ESPACE 4 2012 te teleladen.


Mode d'emploi RENAULT ESPACE 4 2012
Download
Handleiding samenvatting: gebruikershandleiding RENAULT ESPACE 4 2012

Uitgebreide gebruiksaanwijzingen staan in de gebruikershandleiding.

[. . . ] ESPACE INSTRUCTIEBOEKJE RENAULT adviseert ELF ELF ontwikkelt voor RENAULT een compleet assortiment smeermiddelen: motorolin olin voor handgeschakelde en automatische versnellingbakken Waarschuwing: voor een optimale werking van de motor, kan het gebruik van een smeermiddel beperkt zijn tot bepaalde modellen. Raadpleeg het onderhoudsdocument. De hightech eigenschappen van deze smeermiddelen zijn te danken aan de research voor de Formule 1. In combinatie met de techniek van RENAULT voldoet dit assortiment perfect aan de specifieke eisen van de modellen van het merk. De smeermiddelen van ELF vormen een belangrijke bijdrage aan de prestaties van uw auto. Photo credit: Total/DPPI Imacom group RENAULT adviseert de smeermiddelen van ELF die zijn goedgekeurd voor het bijvullen en verversen. [. . . ] De toetsen?3 en?4 regelen de gewenste temperatuur aan bestuurderskant, de toetsen?13 en?14 regelen de gewenste temperatuur aan passagierskant. 3. 8 THERMOSTATISCHE AIRCONDITIONING (vervolg) 1 A N. B. : de getoonde temperatuur aan passagierskant krijgt dezelfde waarde als die aan bestuurderskant. Bijzonderheid De RENAULT card onthoudt de door de gebruiker geselecteerde instellingen. Het is dus raadzaam altijd dezelfde RENAULT card te gebruiken om altijd uw persoonlijke instellingen te krijgen. De bestuurder kan de gewenste temperatuur op twee manieren weer in het gehele interieur regelen: ? automatisch, als het contact langer dan 20 minuten uitgeschakeld is geweest; ? handmatig door een lange druk op de toets AUTO1 tot het controlelampjeA gaat knipperen, ook als dit al brandde. Het display geeft aan welke temperatuur is ingesteld. Als na het starten van de auto de aangegeven temperatuur wordt verhoogd of verlaagd, heeft dit geen invloed op de snelheid waarmee de gewenste temperatuur wordt bereikt. Het systeem zorgt altijd voor het optimaal verhogen of verlagen van de temperatuur (de ventilatie start niet direct met de maximale snelheid: deze wordt geleidelijk hoger), dat kan van enkele secondes tot een paar minuten duren. Onder normale omstandigheden, tenzij dit als hinderlijk wordt ondervonden, moeten de roosters in het dashboard open blijven. 3. 9 THERMOSTATISCHE AIRCONDITIONING (vervolg) 15 17 B Om de luchtstroom uit de ventilatieroosters van de zitplaatsen achterin uit te schakelen, drukt u op de toets16 tot het laatste streepje van de indicatorB is verdwenen. Om een normale ventilatiesnelheid te herstellen (minimumsnelheid bepaald door het systeem) voor de zitplaatsen achterin, zijn er twee mogelijkheden: ? na het uitzetten van het contact; ? door een lange druk op de toets AUTO1 tot het controlelampjeA gaat knipperen (ook als dit al brandde). Bijzonderheid B 16 Regeling van de ventilatiesnelheid bij de zitplaatsen achterin (afhankelijk van auto) Met de schakelaars op elk achterportier kan de ventilatiesnelheid van de roosters voor de passagiers achterin geregeld worden. De indicatorB, bestaande uit een aantal verlichte streepjes, toont de gewenste ventilatiesnelheid. Druk op de toets?17 om de ventilatiesnelheid te verhogen. Druk op de toets?16 om de ventilatiesnelheid te verlagen. Afhankelijk van de auto, als de schakelaar ?kinderveiligheid?is geactiveerd (lampje op de schakelaar brandt), zijn de bedieningspanelen van de airconditioning achterin uitgeschakeld. Het laatste rode streepje op de indicatorB licht op en de ventilatiesnelheid achterin wordt de minimumsnelheid die bepaald is door het systeem. Gebruiksomstandigheden In sommige gevallen (bijvoorbeeld als het erg warm is in het interieur), en het laatste rode streepje op de indicatorB oplicht, is het niet mogelijk de ventilatiesnelheid te verhogen. Dit wordt weer het geval zodra het rode streepje uit is. 3. 10 THERMOSTATISCHE AIRCONDITIONING (vervolg) Uitschakelen van deze functie: ? Deze functie schakelt automatisch uit na een door het systeem bepaalde tijdsduur; ? druk opnieuw op de toets?8. NB: de achterruitverwarming en de spiegelverwarming worden automatisch ingeschakeld als u op de toets ?helder zicht?11 drukt. 11 8 F Achterruit- en spiegelverwarming Druk op de toets8, het controlelampjeF brandt. Hiermee worden de achterruit en de buitenspiegels elektrisch verwarmd. Het ontwasemen/ontdooien heeft altijd voorrang boven de luchtkringloop. In sommige gevallen (vochtige lucht, enz. ) komt de luchtkringloop niet automatisch in werking om het zicht te verbeteren (de ventilatie blijft werken met buitenlucht). 3. 11 THERMOSTATISCHE AIRCONDITIONING (vervolg) 1 11 G A C D Voor een maximaal effect schakelen hierbij automatisch de airconditioning (controlelampjeE brandt) en de achterruitverwarming (controlelampjeF brandt) in en de luchtkringloop uit (controlelampjesC enD uit). De optimale hoeveelheid lucht wordt nu naar de voorruit en naar de ruiten in de voorportieren geleid. NB: de ventilatorsnelheid kan gewijzigd worden met de toets9, dit zorgt voor minder lawaai in de auto. Voor het uitschakelen van deze functie, zijn er twee mogelijkheden: ? druk op de toets AUTO1 (controlelampjeA brandt); ? druk opnieuw op de toets11 (controlelampjeG dooft). 9 F Functie ?helder zicht? Druk op de toets11 ?helder zicht?, het controlelampjeF brandt. Het controlelampjeA in toets AUTO1 dooft. Met deze functie worden de voorruit, de zijruiten voor, de achterruit en de buitenspiegels snel ontwasemd. E 3. 12 THERMOSTATISCHE AIRCONDITIONING (vervolg) A Als u drukt op de toets6, schakelt u de automatische werking uit (controlelampjeA dooft). [. . . ] 1. 27 ventilatie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3. 2?3. 18 ventilatieroosters. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3. 2?3. 4 versnellingshendel. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2. 11 . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . [. . . ]

VOORWAARDEN VAN TELELADING VAN DE HANDLEIDING RENAULT ESPACE 4 2012

JeHandleiding biedt een gemeenschapsdienst van aandeel, archivering on line en van opzoeking van documentatie betreffende het gebruik van materialen of software : handleiding, gebruiksaanwijzing, installatiegids, technisch handboek…
In geen enkel geval zal JeHandleiding verantwoordelijk zijn indien het document dat u zoekt niet beschikbaar is, onvolledig is, in een andere taal is dan de uwe of indien de benaming en de taal niet overeenstemmen. JeHandleiding, in het bijzonder, verzekert geen vertalingsdienst.

Klik op "De handleiding teleladen" indien u de formulering van dit contract aanvaardt. De telelading van de handleiding RENAULT ESPACE 4 2012 zal dan beginnen.

Een gebruiksaanwijzing opzoeken

 

Copyright © 2015 - JeHandleiding - Alle rechten voorbehouden
De aangehaalde merknamen behoren tot hun respectieve eigenaars toe.

flag