Gebruiksaanwijzing LEXMARK OPTRAIMAGE 242/232 (OCT 2000) OPTRAIMAGE 242/232 SETUP GUIDE

[. . . ] Het is mogelijk dat deze publicatie technische onjuistheden of typefouten bevat. De informatie in deze handleiding is aan wijzigingen onderhevig. Deze wijzigingen worden aangebracht in latere uitgaven. Te allen tijde kunnen verbeteringen of wijzigingen in de beschreven producten of programma's worden aangebracht. [. . . ] Afdrukmateriaal moet met de achterkant onder en met de bovenkant van het afdrukmateriaal eerst in de universeellader worden geladen. Plaats geen voorwerpen op de universeellader. Oefen geen overmatige kracht uit op de lader. Opmerking: De universeellader kan worden gebruikt in combinatie met de optionele envelop-lader. 172 Universeellader De printer gebruiken Universeellader openen 1 Druk de onderste hendel linksvoor op de printer naar rechts om de onderste voorklep te ontgrendelen. Universeellader De klep van de universeellader wordt geopend en blijft in deze stand staan. Universeellader 173 De printer gebruiken 2 3 Zoek de metalen balk in de uitsparing op de universeellader. Trek de metalen balk er recht uit zodat de universeellader wordt uitgebreid tot de volle lengte. Langer papier kan nu ook worden ingevoerd. Universeellader 174 Universeellader De printer gebruiken Universeellader laden Door juist te laden voorkomt u vastgelopen papier en kunt u zorgeloos afdrukken. Verwijder geen papierlade terwijl het apparaat een afdruktaak verwerkt waarbij papier uit de universeellader wordt gebruikt of wanneer Bezig wordt getoond op het bedieningspaneel. Als u dit wel doet, kan het papier vastlopen. Voeg nooit afdrukmateriaal toe aan de universeellader wanneer deze wordt gebruikt door de printer. Als u dit wel doet, kan het papier vastlopen. Voordat u papier laadt, moet u weten wat de aanbevolen afdrukzijde van het papier is dat u wilt gebruiken. Deze informatie kunt u meestal vinden op de verpakking van het papier. Universeellader 1 Let op de pictogrammen op de universeellader. U kunt faxmodems van vrijwel elk merk gebruiken, zo lang het maar klasse 1 is. Faxontvanger 185 De printer gebruiken Faxontvanger instellen 1 2 3 Zet de printer uit (O). Raadpleeg voor meer informatie de bij de klasse 1 faxmodem meegeleverde documentatie. Opmerking: In plaats van de faxmodem aan te sluiten op een computer, moet u dit doen op de serile poort van de printer. De modemkabel moet met een 25-pinsstekker op de serile poort worden aangesloten. Naar de serile printerpoort Faxontvanger Netsnoer Extern klasse 1 faxmodem Modemkabel Telefoonkabel 4 5 6 Zet de modem aan. Het is zeer belangrijk dat u de modem voor de printer aanzet. Selecteer vanaf het bedieningspaneel FAXMENU, Faxpoort. Selecteer de serile poort die op de modem is aangesloten. Raadpleeg "Faxmenu" op pagina 130voor meer informatie over de instellingen bij FAXMENU. 186 Faxontvanger De printer gebruiken De printer kan nu faxen ontvangen. Opmerking: Als de stroomtoevoer naar de modem is onderbroken, moet u de onderstaande stappen in deze volgorde uitvoeren om de printer weer in te stellen op de ontvangst van faxen: 1 Zet de printer uit (O). 3 Zet de printer aan (|). Faxontvanger uitschakelen Voer de volgende stappen uit om de de faxontvanger uit te schakelen en de serile poort weer in te stellen voor normaal gebruik: Faxontvanger 1 2 3 4 5 Selecteer FAXMENU vanaf het bedieningspaneel van de printer, Fax poort, Uitschakelen. Koppel de modemkabel los van de serile poort op de printer. [. . . ] Deze naam is gekozen omdat de configuratie daadwerkelijk een ring vormt en er een bepaald teken (token) wordt doorgegeven van adapter naar adapter. toner Het materiaal dat zich aan papier of een ander afdrukmateriaal hecht om zo een afdruk te maken. Definities U uitvoerlade De plaats boven op de printer waar het papier dat wordt uitgevoerd, wordt opgevangen. Als u de standaarduitvoerlade selecteert, wordt Definities 397 Naslag het papier uitgevoerd met de gedrukte zijde naar beneden en worden de pagina's gesorteerd. V verhittingsstation Het onderdeel van de printer dat er door middel van verhitting en druk voor zorgt dat de toner zich aan het papier hecht. vezelrichting De richting van de papiervezels in een vel papier. [. . . ]