Gebruiksaanwijzing LEXMARK OPTRA M410

[. . . ] Eerste uitgave (juni 1999) De volgende alinea is niet van toepassing in enig land waar dergelijke bepalingen strijdig zijn met de plaatselijke wetgeving: LEXMARK INTERNATIONAL, INC. LEVERT DEZE PUBLICATIE IN DE STAAT WAARIN DEZE VERKEERT, ZONDER ENIGE VORM VAN GARANTIE, NOCH IMPLICIET, NOCH EXPLICIET, IMPLICIET MAAR NIET BEPERKT TOT DE IMPLICIETE GARANTIES VAN VERHANDELBAARHEID OF GESCHIKTHEID VOOR EEN BEPAALD DOEL. In sommige rechtsgebieden is afwijzing van expliciete of impliciete garanties in bepaalde transacties niet toegestaan; het is mogelijk dat deze verklaring niet op u van toepassing is. Deze publicatie kan technische onjuistheden of typografische fouten bevatten. [. . . ] De stapel moet losjes in de universeellader passen en niet gebogen of gekreukt zijn. Laad niet te veel materiaal in de universeellader. 8 Stuur de afdruktaak naar de printer. Raadpleeg "Handmatig dubbelzijdig afdrukken" op pagina 142 voor meer informatie over dubbelzijdig afdrukken. Afdrukmateriaal laden 137 Papieruitvoerladen gebruiken De standaarduitvoerlade De printer heeft twee standaarduitvoerladen. In de volgende paragrafen wordt beschreven hoe u de uitvoerladen van de printer gebruikt. In de standaarduitvoerlade kunt u 250 vel papier laden. Deze uitvoerlade bevindt zich boven op de printer. Afdruktaken worden automatisch naar de standaarduitvoerlade gestuurd. Afdruktaken komen met de bedrukte zijde omlaag in de standaarduitvoerlade terecht. Standaarduitvoerlade 138 Hoofdstuk 4: Afdrukmateriaal De achterste uitvoerlade Voor afdrukken op andere formaten en typen afdrukmateriaal, zoals papier, karton, transparanten, briefkaarten en enveloppen, kunt u de achterste uitvoerlade gebruiken. In de achterste uitvoerlade kunt u 20 vel papier laden. Deze uitvoerlade bevindt zich aan de achterzijde van de printer. Raadpleeg Card Stock & Label Guide voor meer informatie over andere soorten afdrukmateriaal. Als u de achterste uitvoerlade opent, worden afdruktaken automatisch naar deze uitvoerlade gestuurd. In de achterste uitvoerlade komen afdruktaken met de bedrukte zijde omhoog terecht. U gebruikt de achterste uitvoerlade als volgt: Opmerking: Afdrukmateriaal met een lengte van 152, 4 mm of minder moet worden uitgevoerd naar de achterste uitvoerlade. 1 Handgreep Kijk waar de achterste uitvoerlade zich bevindt. Klep van achterste uitvoerlade Papieruitvoerladen gebruiken 139 2 Trek aan de handgreep om de achterste uitvoerlade te openen. Achterste uitvoerlade 3 Breng de metalen balk omhoog om de achterste uitvoerlade te verlengen. Metalen balk 140 Hoofdstuk 4: Afdrukmateriaal 4 Sluit de klep van de achterste uitvoerlade als u klaar bent met afdrukken. a Breng de metalen balk omhoog om de achterste uitvoerlade in te klappen. Zorg dat de metalen balk op zijn plaats klikt. b Sluit de klep van de achterste uitvoerlade. a b Afdrukken op briefhoofdpapier Informeer bij de fabrikant of leverancier of het voorbedrukte briefhoofdpapier geschikt is voor gebruik in laserprinters. De stand van de pagina is belangrijk bij afdrukken op briefhoofdpapier. Gebruik de volgende tabel als hulp bij het laden van briefhoofdpapier in de papierbronnen. Stand van briefhoofdpapier Afdrukzijde Met de bedrukte zijde omlaag Bovenkant van pagina Staand Voorzijde van lade (dichtst bij de handgreep van de lade) Achterzijde van lade (wordt als eerste in de printer gevoerd) Liggend Linkerzijde van lade Lade Lade 1 (invoerlade voor 250 vel) Lade 2 (optionele lade voor 500 vel) Universeellader (inclusief laden van afzonderlijke vellen) Met de bedrukte zijde omhoog Linkerzijde van lade Afdrukken op briefhoofdpapier 141 Laden koppelen Als u hetzelfde formaat en dezelfde soort afdrukmateriaal gebruikt in alle papierbronnen (invoerladen en universeellader) en de instellingen in het PAPIERMENU voor alle bronnen gelijk zijn, wordt de functie voor automatisch koppelen van laden geactiveerd. Als u bijvoorbeeld hetzelfde formaat en dezelfde soort afdrukmateriaal hebt geladen in de lade voor 250 vel en de optionele lade voor 500 vel, zal de printer afdrukmateriaal selecteren uit de andere laden als de ene lade leeg is. Als u hetzelfde formaat afdrukmateriaal in elke lade laadt, moet u wel controleren of het materiaal ook van dezelfde soort is. Als u verschillend afdrukmateriaal gebruikt in de laden, moet voor elke bron met een apart afdrukmateriaal het menu-item PAPIERSOORT zijn ingesteld op een unieke waarde, om de functie voor automatisch koppelen van laden uit te schakelen. Raadpleeg PAPIERSOORT op pagina 43 voor meer informatie. Handmatig dubbelzijdig afdrukken Met handmatig dubbelzijdig afdrukken kunt u op beide zijden van het papier of karton afdrukken. Als u handmatig dubbelzijdig afdrukt, wordt de printer weliswaar niet beschadigd, maar de afdrukkwaliteit en de betrouwbaarheid van de papierinvoer kunnen variren bij het afdrukken op de andere zijde van de pagina. [. . . ] LADE (PCL Emul-menu) 85 NPA-Hosts (LocalTalk-menu) 102 numerieke waarden selecteren 31 O onderhoudsberichten 34 900-999 174 oneven randen 187 online documentatie x, xi, 23 onregelmatige randen 73 OPDR. VERTROUWEL. (Job-menu) 60 Opdrachtbuffers (Config menu) 111 openen achterklep van de uitvoerlade 200 bovenste voorklep 2 klep van achterste uitvoerlade 140 onderste voorklep 147 universeellader, klep 147 opnieuw instellen fax 209 opnieuw nummeren, laden 85 opslag afdrukmateriaal 129 opties controleren 239 flash-geheugen 216 interne printerserver 221 kaart voor parallelle interface en USB-interface 225 optionele kaart voor Tri-Port-interface 222 optionele Tri-Port-interfacekaart infraroodpoort 237 printergeheugen 216 vaste schijf 222 opties controleren 239 optioneel flash-geheugen beschikbare opties 216 defragmenteren 57 directory van inhoud afdrukken 55 formatteren 56 installeren 217 N N op n vel 52 N op n vel (Menu Afwerking) 52 Net1 inst. afdr. (Menu Extra) 55 netsnoer, aansluiten 19 netwerkadapter Zie interne printerserver Netwerkbuffer (Netwerkmenu) 97 Netwerkinst. 1 (Netwerkmenu) 97 Netwerkmenu Netwerkbuffer 97 Netwerkinst. [. . . ]