Gebruiksaanwijzing HP STORAGEWORKS 4400 ENTERPRISE VIRTUAL ARRAY STORAGEWORKS 4GB ARRAYCONTROLLER CONTROLLERBEHUIZING VERVANGINGSINSTRUCTIES (48

[. . . ] Het verwijderen van een controllermodule heeft gevolgen voor de luchtstromen binnen de behuizing. Voor een goede afkoeling van de enclosure moeten beide controllers zijn geïnstalleerd. Wanneer er een controller defect raakt, moet u deze op zijn plaats in de behuizing laten zitten tot er een nieuwe controller beschikbaar is voor installatie. [. . . ] Foutopsporingssoftware van HP (WEBES) is hiervoor een aanbevolen oplossing. · Controleer de status met behulp van HP Command View EVA: 1. In het deelvenster Navigation selecteert u achtereenvolgens Storage system > Hardware > Controller enclosure > Controller. De status verschijnt in het veld Condition/State. Een (Fout) geeft een fout aan waardoor het operationele status onderdeel mogelijk moet worden vervangen. U kunt de juiste controller identificeren door te klikken op Locate > Locate On. Hierdoor licht het blauwe UID-statuslampje op de controllermodule aan de achterzijde van de controllermodule op . · Controleer de statuslampjes van de controller zoals aangegeven in Afbeelding 2 en Tabel 1. 5 6 Een controller verwijderen LET OP: Controleer de locatie van de controller in onderhoud. Als u de verkeerde controller verwijdert, kunnen gegevens verloren gaan. 3 2 1 4 5 6 gl0114 Afbeelding 2 Statuslampjes controller OPMERKING: · Vervangende controllers hebben geen DIMM-modules. Daarom moeten de DIMM's van de controller die wordt verwijderd, worden overgebracht naar de vervangende controller. · HP raadt aan dat u de controller vervangt terwijl de controllerbehuizing is ingeschakeld, om ervoor te zorgen dat de firmware op de redundante controller wordt gekopieerd naar de vervangen controller. Pagina 2 1. Stop het in- en uitgaande verkeer via HP Command View EVA: a. In het deelvenster Navigation selecteert u achtereenvolgens Storage system > Hardware > Controller enclosure. Selecteer de juiste controller (Controller 1 of Controller 2) die moet worden gestopt. [. . . ] De status moet (Goed) zijn. 15783 Afbeelding 8 De bovenkap van de controller installeren 4. Plaats de controller terug in de behuizing. Schuif de controller halverwege in de controllerbehuizing (1, Afbeelding 9). [. . . ]