Gebruiksaanwijzing FUJIFILM X30

[. . . ] FUJIFILM X30 Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding Gebruikershandleiding (basisbedieningen: ) ) Gebruikershandleiding (pdf beschikbaar op deze website: Over deze handleiding Inleiding Deze handleiding bekijken Delen van de camera Delen van de camera De schakelaar De instelschijf De regelring De VIEW MODUS-knop De LCD-monitor Dioptrie-instelling De indicatorlamp De DISP/BACK-knop De DRIVE-knop Cameraschermen Opname Afspelen Eerste stappen De draagriem bevestigen De batterij en een geheugenkaart plaatsen De batterij opladen De camera aan- en uitzetten Basisinstellingen -1- FUJIFILM X30 Gebruikershandleiding Basisfotografie en afspelen Foto’s maken Foto’s bekijken Foto’s wissen Basis films opnemen en afspelen Films opnemen Films bekijken Opnamemodus De keuzeknop Programma AE Sluiter AE Diafragma AE Handmatige belichting GEAVANCRD SR AUTO AUTOMATISCH GEAVANC. FILTER GEAVANCEERDE MODUS ONDERWERPPROGRAMMA BEWEGEND PANOR. 360 Q (snelmenu)-knop De Q-knop gebruiken Fn (functie)-knoppen De functieknoppen Meer over fotografie Belichtingstrap Continu fotograferen (seriemodus) Macromodus (close-ups) De zelfontspanner gebruiken De flitser gebruiken Scherpstelframeselectie Belichtingscompensatie Scherpstelling/belichtingsvergrendeling Scherpstelmodus Handmatige scherpstelling (scherpstelmodus M) Foto's maken in RAW-formaat Intervalfotografie -2- FUJIFILM X30 Gebruikershandleiding De opnamestanden De opnamestanden gebruiken Fabrieksinstellingen—Opnamestanden ONDERWERPPROGRAMMA Adv. FILTER AUTOFOCUS INSTELLING ISO BEELDGROOTTE BEELDKWALITEIT DYNAMISCH BEREIK FILMSIMULATIE FILMSIMULATIE BKT ZELFONTSPANNER INTERVAL-TIMEROPNAME WITBALANS KLEUR SCHERPTE HIGHLIGHT TINT SCHADUWTINT RUISONDERDRUKKING INTELL. [. . . ] Markeer de persoonlijke instellingenbank en druk op MENU/OK om te selecteren. 3. Pas de volgende instellingen naar wens aan. ISO DYNAMISCH BEREIK FILMSIMULATIE WITBALANS KLEUR SCHERPTE HIGHLIGHT TINT SCHADUWTINT RUISONDERDRUKKING Om de instellingen in de huidige bank te vervangen voor de instellingen die momenteel zijn geselecteerd met de camera, markeer ACT. OPSL en druk op MENU/OK. - 164 - BEW/BEW INST. Er wordt een bevestigingsvenster weergegeven; markeer OK en druk op MENU/OK. Instellingen kunnen worden herroepen met behulp van de optie KIES INST. OP MAAT in het opnamemenu. Zie ook KIES INST. OP MAAT (De opnamestanden) - 165 - GEZICHTSDETECTIE Intelligente gezichtsdetectie laat de camera automatisch gezichten van mensen detecteren en stelt scherpstelling en belichting voor in elk gezicht, willekeurig waar in de foto, voor opnamen die de nadruk leggen op personen. Kies voor groepsportretten (in horizontale of verticale richting) om te voorkomen dat de camera scherpstelt op de achtergrond. Gezichten kunnen met de camera in verticale of horizontale richting worden gedetecteerd; als er een gezicht is gedetecteerd, wordt dit aangeduid door een groene rand. Als er zich meerdere gezichten in de foto bevinden, dan selecteert de camera het gezicht dat zich het dichtst bij het midden bevindt: andere gezichten worden met witte randen aangeduid. In sommige modi is het mogelijk dat de camera de belichting voor de gehele foto in plaats van de persoon instelt. Als het onderwerp beweegt terwijl de ontspanknop wordt ingedrukt, dan bevindt het gezicht zich mogelijk niet in het gebied met de groene rand bij het maken van de foto. - 166 - LICHTMEETSYSTEEM Kies hoe de camera de helderheid van het onderwerp meet. MULTI SPOT Automatische scèneherkenning wordt gebruikt om belichting aan te passen voor vele verschillende opnameomstandigheden. De camera meet de lichtomstandigheden in het geselecteerde scherpstelgebied of in het midden van het kader. Aanbevolen wanneer de achtergrond beduidend helderder of donkerder is dan het hoofdonderwerp. SPOT AE&SCHRPSTLGBD AAN is en AF-VELD KEUZE is geselecteerd voor AUTOFOCUS INSTELLING > SCHERPSTELLING, dan zal de camera de lichtomstandigheden in het geselecteerde scherpstelveld meten. SPOT AE&SCHRPSTLGBD UIT is, dan zal de camera het middelste scherpstelgebied meten. INTEGRAAL De belichting wordt ingesteld op basis van het gemiddelde van het gehele beeld. Zorgt voor dezelfde belichting bij meerdere foto’s met hetzelfde licht en is in het bijzonder effectief voor het fotograferen van landschappen en het maken van portretten van onderwerpen met witte of zwarte kleding. - 167 - INT. SPOT AE&SCHRPSTLGBD Selecteer AAN om het huidige scherpstelkade te meten wanneer AF-VELD KEUZE is geselecteerd voor AUTOFOCUS INSTELLING > SCHERPSTELLING en SPOT is geselecteerd voor LICHTMEETSYSTEEM. Zie ook LICHTMEETSYSTEEM (De opnamestanden) AUTOFOCUS INSTELLING (De opnamestanden) - 168 - HF ASSISTENTIE Kies hoe scherpstelling wordt weergegeven in handmatig scherpstelmodus. STANDAARD FOCUS PIEK HIGHLIGHT Scherpstelling wordt normaal weergegeven (focus peaking is niet beschikbaar). De camera verhoogt contouren met een hoog contrast. Kies een kleur en piekniveau. - 169 - REGELRING-INSTEL. Gebruik de regelring voor snelle toegang tot camerafuncties tijdens het fotograferen. ISO WITBALANS FILMSIMULATIE CONTINU 1 Druk op de regelringoptieknop om te schakelen tussen sluitertijd- en diafragmaselectie. Programmaverschuiving S Sluitertijdselectie A Diafragmaselectie M Sluitertij Met uitzondering van -modus, geavanceerde modi anders dan , en (SP1/SP2)-modus, wordt de regelring gebruikt voor handmatige scherpstelling in handmatige scherpstelmodus, ongeacht de optie geselecteerd voor REGELRINGINSTEL. . - 170 - FLITSLICHT INSTELLINGEN Kies een flitserfunctie en flitssterkte. [. . . ] 1, 0 cm – 1, 0 m -------AUTO1 / AUTO2 / AUTO3 (regeling mogelijk tot maximaal ISO 3200), equivalent aan ISO 100/200/250/320/400/500/640/800 /1000/1250/1600/2000/2500/3200/4000/5000/6400/12800 (standaard uitgangsgevoeligheid) TTL 256 zonemeting, multi/spot/gemiddeld Geprogrammeerd AE, diafragma AE, sluiter AE, handmatige belichting SP Portret, gezicht verzachten, landschap, sport, nacht, nacht (statief), vuurwerk, zonsopkomst, sneeuw, strand, feesten, bloemen, documenten, onder water KEUZEKNOP AUTO, GEAVANCRD SR AUTO, P, S, A, M, SP1, SP2, filter, adv. , panorama Beeldstabilisator Gezichtsdetectie Lensverschuivingstype JA - 270 - Lens Digitale zoom Diafragma Gevoeligheid Belichtingsregeling Belichtingsmodus Opnamestanden Specificaties Belichtingscompensatie -3, 0 EV – +3, 0 EV 1/3 EV-stap (filmopname: -2, 0 EV – +2, 0 EV) (Automatische modus) 1/4 sec. tot 1/4000* sec. , (alle ander modi) 30 sec. bij volledig diafragma BOVENSTE Superhoog: ca. aantal foto’s is van toepassing op foto’s te maken in JPEG-instelling Sluitertijd Doorlopende opname LAATSTE Vastleggen beste opname Superhoog: ca. [. . . ]